Wist je dat bijna een derde van de Nederlanders moeite heeft met slapen? Ik dacht vroeger dat het gewoon ‘pech’ was — tot ik een paar trucjes ontdekte die ineens verschil maakten. Misschien helpt het jou ook, of misschien niet. Maar het is het proberen waard, toch? Hier mijn ervaring en wat minder bekende tips die ik zelf heb getest (en die ik soms ook gewoon ben vergeten toe te passen — oeps).
1. Zet je telefoon uit – maar dan écht
We weten het allemaal: blauw licht vóór het slapengaan is verraderlijk. Maar niet alleen het licht, ook die eindeloze scrollsessies maken je hoofd maar drukker. Mijn buurman vertelde laatst dat hij z’n telefoon soms bewust in een andere kamer legt. Ik vond dat overdreven, maar het scheelde hem flink. Sinds ik dat doe, merk ik dat ik minder lang blijf liggen piekeren. Oké, soms vergeet ik ‘m toch weer binnen te halen, maar het scheelt echt.
2. Probeer je slaapruimte fris te houden – ook in maart
Misschien klinkt het simpel, maar mijn kamer extra luchten helpt echt. M’n moeder zei altijd: “Ventilatie is goud waard.” Ze had gelijk. Een frisse kamer zorgt voor een koel hoofd — en dat is precies wat je lichaam nodig heeft om in slaap te vallen. Zelfs in de winter probeer ik het raam een stuk open te zetten, ook al is het even doorbijten.
3. Mindful bewegen in de avond helpt soms beter dan medicijnen
Op Facebook las ik laatst een discussie over yoga en wandelen vóór het slapengaan. Zelf probeerde ik korte rekoefeningen of een avondwandelingje in het park hier bij mij om de hoek — en weet je, het brengt een soort rust die ik daarvoor niet kon vangen. Niet elke dag, soms vergeet ik het, maar die paar keer dat ik het wel deed, viel ik sneller in slaap.
4. Laat je avondmaaltijd geen vijf-gangen-diner zijn
Te zwaar eten kan je spijsvertering op gang houden, wat niet bevorderlijk is voor je nachtrust. Mijn collega klaagde altijd over een opgeblazen gevoel ’s nachts – sinds ze haar avondeten naar 18 uur verplaatste en ‘light’ koos, daar schijnt ze minder last van te hebben. Misschien kan jij ook wat lichter eten of gewoon iets vroeger.
5. Houd slaaprituelen – ook als het lijkt alsof het nergens op slaat
De standaardtip, maar vaak vergeten. Ik probeerde bijvoorbeeld een thee zonder cafeïne, een boek lezen in gedimd licht of mijn pols even warm masseren met een zalfje van de drogist (ja, klinkt gek, maar werkt soms echt). Het klinkt misschien als zweverig gedoe, maar soms helpt zoiets je hoofd even ‘uit te schakelen’.
Bonus: blijf niet te lang liggen
Wat ik ook heb geleerd: als je na twintig minuten wakker ligt, sta dan op. Ga iets rustigs doen, maar blijf niet liggen staren naar het plafond. Dat maakt de frustratie alleen maar groter. Mijn zoon zei laatst: “papa, je wordt er alleen maar moe van, dus doe even iets anders.” Misschien simpel, maar waar.
Kortom: slecht slapen is stom en irritant, maar soms is het een kwestie van kleine aanpassingen. Misschien werkt dit, misschien niet – maar ik weet zeker dat het kostbaar voelt als je eindelijk weer eens een hele nacht doorslaapt. Probeer zelf wat dingen, wissel af en vooral: heb geduld met jezelf. Zoiets als slaap is soms net als een kat — gedraagt zich eigenwijs.
Wat helpt jou het beste? Heb je zelf verrassende slaaptrucs die ik moet proberen? Drop het hieronder, ben benieuwd!