Heb je ook wel eens het gevoel dat de dag voorbij is voordat je iets écht gedaan hebt? Ik ook — tijd lijkt soms ongrijpbaar. Moet je eens horen: volgens sommige studies verspillen we gemiddeld 2 uur per dag aan afleidingen. Dat is bijna een werkdag vol met… niet zoveel eigenlijk. Kan het niet anders? Spoiler: ja, het kan.
De trucjes die ik hier deel, zijn geen rocket science. Juist dát maakt ze zo lekker hanteerbaar, én verrassend effectief — althans voor mij, en ook een paar collega’s in Amsterdam die ik sprak. Misschien werkt het voor jou ook, of misschien helemaal niet, geen idee. Maar tja, proberen kan geen kwaad, toch?
1. Zet die notificaties uit (ja, echt!)
Mijn telefoon was vroeger een soort mobieltje met wireless stress. Elke paar minuten een ping, een biep, een trilling. Sinds ik die notificaties (behalve voor belangrijke dingen) uitzet, merk ik hoe vaak ik eigenlijk onbewust werd meegenomen in een wirwar van onbelangrijke info.
Probeer het één dag, of een halve dag eens zonder. Mij gaf het rust — en eerlijk gezegd werkte ik veel geconcentreerder. Al was het even wennen, en soms dacht ik “gaat dit me niet iets belangrijks missen?” Waarschijnlijk niet, of in ieder geval niet zoveel als je denkt.
2. Gebruik de 2-minuten regel
Deze heb je vast wel eens gehoord van David Allen, auteur van Getting Things Done. Kort gezegd: als iets minder dan 2 minuten kost, doe het meteen. Vroeger schoof ik zulke klusjes schandalig vaak voor me uit — soms jaren (oke, dat is overdreven, maar toch).
Door meteen kleine taken aan te pakken creëer je ruimte — letterlijk en mentaal. En ja, het voelt een beetje alsof je de baas bent over die kleine klusjes, in plaats van dat ze jou beheersen. Ik doe het al een paar maanden en durf te zeggen: het scheelt enorm in het ‘achterstallig werk’ op mijn to-do lijst.
3. Plan ook pauzes in (dat klinkt tegenstrijdig, maar…)
Ik weet niet hoe het bij jou zit, maar ik neig dus naar doorwerken tot ik er bij neerval. Fout. Echt. Mijn collega uit Rotterdam vertelde dat hij sinds hij mini-breaks neemt, veel productiever is — en minder moe aan het einde van de dag.
Noem het een powernap, een wandeling van 5 minuten of gewoon weg van je scherm. Ons brein heeft dat echt nodig. Het is geen verspilling, het is investeren in de rest van je dag. En als je het vergeet of over het hoofd ziet, voel je dat na een paar uur echt terugkomen.
4. Zeg vaker ‘nee’
Klinkt simpel, maar in de praktijk lastig. In Nederland zeggen we graag “ja” uit beleefdheid, of omdat we geen ruzie willen. Terwijl dat ‘ja’ soms kostbare minuten – soms uren – kan opslokken. Mijn buurvrouw uit Utrecht vertelde laatst dat ze ‘nee’ leren zeggen haar persoonlijke tijdbespaarder is geworden. Meer ruimte voor jezelf — klinkt logisch maar confronterend soms.
Waar wacht je nog op?
Oké, ik overdrijf misschien een beetje met de tijdwinst, maar als je deze simpele trucs een kans geeft, ga je het verschil merken. Geen ingewikkelde apps, geen dure cursussen — gewoon even je telefoon aanpassen, kleine klusjes aanpakken, pauzes nemen en je grenzen bewaken.
En ja, misschien klinkt het als gezond verstand, maar soms vergeten we het. Ga jij één ding proberen? Of heb je zelf ook een tijdmanagementtip die je deelt? Laat het hieronder weten — altijd leuk om te horen hoe anderen het aanpakken.